3. Wachten op nieuw eten

Al weken verdeelt zijn moeder het eten in steeds kleinere porties. Zijn maag kriebelt van de trek. Alles is bijna op. Ze hebben nog zes mosselen en een stukje aalscholver om op te eten. Gedroogde paddenstoelen zijn er ook nog, maar die zijn voor nood. Alhoewel Sisoi het nu wel nood vindt. Toch worden ze nog even bewaard. Ze zijn er zuinig op, want als het vuur uit is, heb je wat gedroogd gras of paddenstoelen nodig om het weer aan te maken. En vuur is in Vuurland heel belangrijk.

In de winter is het water dikker. Dat komt door de kou. Omdat de temperatuur van water altijd wat hoger ligt, is het in deze omgeving ietsje warmer dan op het vaste land van Patagonië. De zee is hier ook nooit helemaal dichtgevroren. Toch is het onaangenaam koud. IJsschotsen drijven voorbij. De snijdende wind komt vanuit het zuiden, het ijskoude Antarctica. Het waait onstuimig en hard. Hárd.

surroundings Tierra del Fuego (01)Noodgedwongen liggen de kano’s van drie families op ’t strandje in een baai van het eiland Hoste te wachten op beter weer. Het waait te hard om de zee op te gaan voor een nieuwe tocht; de golven zijn te bruut. Als de ergste storm voorbij is, gaan ze er weer op uit, weet hij. Hij heeft het nu een paar seizoenen meegemaakt en denkt aan vorig jaar, toen zijn vader hem leerde vissen. Vader voorop de kano, moeder peddelt en stuurt. Sisoi staart in het kleine vuur middenin de hut. Het houdt hem en z’n ouders warm. Het lijkt net of in de vlammen figuurtjes dansen. Ze willen hem een verhaal vertellen…