21. Beestachtig ijs

21. Beestachtig ijs

Ze hebben nieuwe vuurstenen gehaald in het verre westen. Gaméla, Sisoi en hun ouders varen met hun kano langs verschillende gletsjers. Het ijs knarst en kraakt angstaanjagend. Ze zien indrukwekkende ijsbergen. En ineens…

…een donderend geraas. Er breekt een enorm stuk ijs van de gletsjer af. Het tuimelt in het water. Gaat kopje onder. Schiet weer omhoog. Stuitert een paar keer heen en weer. En blijft dobberend in het water drijven.

De lichtblauwe ijsberg veroorzaakt een enorme golf die hun kano bereikt. Gaméla’s moeder houdt de kano maar net in bedwang. Die is blij als ze straks weer in de buurt zijn van hun centrale, meer beschutte leefgebied. Maar dat is nog lang niet in zicht.

Gespannen kijken de kinderen naar de mysterieuze ijsmassa’s op de steile bergwanden van de Andes. Ze schuiven onmerkbaar traag naar het water. De bergen zijn behoorlijk oud. Daarvoor moet je miljoenen jaren teruggaan naar de tijd tussen het Krijt en de Tertiaire periode. Het zuidelijke deel van het Andesgebergte wordt ook vandaag nog bedekt door twee grote ijskappen. De eeuwige sneeuw stamt uit de ijstijden in het Pleistoceen.

Het koude winterweer is eerder gekomen dan verwacht. Het water wordt elke dag dikker. De wind is ijzig koud. Veel dieren zijn aan het einde van de zomer weggetrokken naar het warmere water voor de kust van Argentinië en Brazilië. Op de Golfstroom laten pinguïns zich meevoeren naar het strand waar ze jongen krijgen. Bultrugwalvissen gaan noordwaarts naar de baai voor het schiereiland Valdés. Daar krijgen zij hun kalveren. Deze jongen kunnen veilig leren zwemmen en eten zoeken in het luwe deel van de oceaan. Pas na de winter zullen Gaméla en Sisoi ze weer zien.

De wind buldert vanuit het koude zuiden en striemt Gaméla’s moeder in het gezicht. De stuurvrouw zit al zo laag mogelijk in de kano. Na elke vier slagen met de peddel duikt ze even diep weg. De laag dierenvet die ze dik op hun huid smeren, werkt als een winterjas in tijden van sneeuw en ijs. Maar die wind… die voel je overal doorheen. Gaméla en Sisoi klappertanden soms. Ze hebben het te koud om zich te kunnen vervelen. Zelfs hun vader rilt.

Hij leidt zijn kinderen af van de kou, het lawaai van de afbrekende gletsjer en de ronddrijvende ijsbergen. De brokken ijs lijken soms op een spelende zeehond, een duikende walvis of een zwevende albatros. Hun vader maakt er een spelletje van: ik zie ik zie wat jij niet ziet. Gaméla had het al drie keer goed geraden, Sisoi staat eentje achter. Ondertussen peddelt hun moeder bezorgd door. De familie is op zoek naar een kampeerplaats voor de nacht. Ze manoeuvreert tussen de vele schotsen en ijsbrokken door. Waar kunnen ze heen? Welk strand is geschikt?

  • Wil je meer weten? Klik op de linkjes in de tekst en je vindt achtergrondinformatie.
  • De winterperiode in Vuurland loopt ruwweg van april tot en met september.
  • Welke dieren of andere vormen herken jij wel eens in bergen of wolken?
  • Welke dieren leven er op of bij ijs? Op de Zuidpool of de Noordpool?
  • Wanneer heb jij voor het laatst sneeuw of ijs gezien? Was dat bij jou in de buurt? Wat heb je gedaan?
  • Hoe zou het verhaal verdergaan?
  • Wil je iets schrijven over dit verhaal? Een tekening bij dit verhaal maken? Mail naar info@eindelozeverhalen.nl, dan plaats ik het voor je op de site.
  • Je kunt ook doorgaan naar het volgende verhaal: 22. Oma en de raadselachtige orka

Uit het MaakLab:
MaakLab Eindeloze Verhalen